De voor- en nadelen van een DSG-automaat

#1 Wat is een DSG-automaat?

Een automaat is een automaat, zul je misschien denken. Toch is dat niet zo. Er bestaan verschillende soorten automaten. Zo heeft de ene auto de CVT-automaat, de andere een traditionele automaat en jouw aankomende auto misschien een DSG-automaat. En zo zijn er nog wat varianten. DSG staat voor Direct Shift Gearbox en wordt ook wel een automaat met dubbele koppeling genoemd. Klinkt ingewikkeld allemaal, maar onthoud vooral dat de DSG-automaat eigenlijk uit twee automatische versnellingsbakken bestaat. De een voor alle oneven versnellingen: 1, 3, 5 en 7 en andere voor de even versnellingen: 2, 4 en 6. Terwijl jij in een bepaalde versnelling rijdt, zet de versnellingsbak de volgende versnelling al vast klaar. Je schakelt zo sneller, zuiniger en sportiever. Slim!

#2 Wat zijn de voor- en nadelen van een DSG-automaat?

Doordat de volgende versnelling al klaar staat om uit de startblokken te schieten, schakel je veel sneller als je met een handbak zou kunnen doen. In een fractie van een seconde is het op- of terugschakelen gebeurd. Dat rijdt lekker sportief, maar is ook gunstig voor het brandstofverbruik. De motor onderbreekt de aandrijving aan de wielen slechts voor een split-second, waar je amper brandstof verspilt. Het nadeel is dat de DSG-automaat soms net te vroeg op- of terugschakelt en dat is niet zo comfortabel. Je krijgt te maken met een loeiende motor, net te weinig trekkracht, of een wat schokkerig rijgedrag. Door middel van schakelflippers achter het stuur, kun je dan wel handmatig ingrijpen, als is dat natuurlijk niet het idee van een automaat.

Een DSG-automaat houdt bovendien van ‘kruipen’. Staat de automaat in de D-modus – kort voor ‘Drive’, rijden dus – dan luistert hij daar net iets te goed naar. De wielen blijven in de file of voor het stoplicht langzaam voortbewegen, tenzij jij de automaat in de ‘N’ van ‘neutraal’ zet of de rem ingedrukt houdt.  Soms is dat voortkruipen wél prettig, bijvoorbeeld als een file heel langzaam voortbeweegt. Dat kruipen is ook een uitkomst in de ‘R’ van ‘reverse’. Bij het achteruitrijden is het devies: haal je voet van het gaspedaal, zodat je in een rustig tempo een parkeervak inglijdt of er juist langzaam uit manoeuvreert. Voorzichtig met je gaspedaal bij het achteruitrijden, want de DSG-automaat reageert fel op je rechtervoet!

#3 Welke merken bieden een DSG-automaat aan?

Bij veel Duitse merken tref je de DSG-automaat aan. Onder meer Audi, Porsche en Volkswagen vind je vaak met DSG. Ook SEAT en SKODA, onderdeel van de Volkswagen Groep, gebruiken de bekende automaat-techniek. BMW heeft de DCT-automaat. Hoewel een andere naam is de techniek hetzelfde: een automaat met dubbele koppeling. Bij Ford en Volvo heet de automaat met dubbele koppeling ‘Powershift’ en zo zijn er meer automerken met hun eigen benaming. De automaat vind je tegenwoordig terug in alle type auto’s, of dat nu een gezinsauto met automaat is of een compact model met automaat

#4 Waarin wint een DSG-automaat het van een handbak?

Bij de handbak of schakelbak moet je als vanzelfsprekend zelf schakelen. Je drukt met je voet de koppeling in, zoekt de juiste versnelling op en je geeft gas, terwijl je de koppeling laat opkomen. Als je filerijdt, gaat dat best tegenstaan. Elk metertje dat je maakt, moet je weer dezelfde handeling uitvoeren. Een automaat werkt (grotendeels) handsfree, terwijl je ook maar één voet nodig hebt. Dat is een stuk comfortabeler. Een DSG-automaat is vaak ook zuiniger dan een handbak en bijna net zo sportief. Bovendien kun je met de schakelpeddels achter het stuur de automaat een handje helpen.